Hoeveel beweging heeft een hond precies nodig?

Hoe vaak moet je je hond uitlaten? Hoelang ga je dan wandelen met je hond? En krijgt jouw hond genoeg fysieke beweging en uitdaging? Allemaal vragen die rondspoken in het hoofd van een hondeneigenaar. Voor alle eigenaren die zich bezig willen houden met een lang en gezond leven van hun viervoeter, hebben wij algemene informatie en negen bewegingstips op een rijtje gezet.

Hoe vaak moet je je hond uitlaten?

Een volwassen, gezonde, gemiddeld actieve hond heeft voldoende aan een wandeling van 1,5 – 2 uur in het totaal. Verdeeld over 3 of 4 wandelingen. Na de volledige groei en tot ongeveer 7 jaar, kan je een hond het beste drie of vier keer per dag uitlaten. Toch is dit een algemeen antwoord, want eigenlijk hangt de hoeveelheid beweging af van de persoonlijkheid, leeftijd, grootte, algemene gezondheid, conditie en het ras van jouw hond.

Wandelen met pup

Over het algemeen wordt geadviseerd om puppy´s voor elke maand dat hij oud is, 5 minuten meer beweging te geven. Een hond van drie maanden oud, kan je dus een kwartiertje mee wandelen. Een pup die te veel beweging krijgt, kan gewrichtsproblemen ontwikkelen.

Wandelen met oude hond

Voor een senior hond wordt de behoefte aan fysieke beweging wat minder, zeker als de hond gewrichtspijn of hartproblemen heeft. Je kan wat minder lange afstanden afleggen, maar de wandelingen interessanter en vermoeiender maken door meer mentale uitdaging (snuffelen, zoeken, hersenwerkjes). 

Rasverschillen volwassen hond

Bij kleine hondjes (dwergkeeshond of chihuahua) kan je denken aan 30 minuten. Let op, dit geldt niet voor kleine jachtrassen (jack russell of toy poedel), die gaan weer richting minimaal een uur. Bij reuzenrassen (Duitse dog of sint bernard) ga je naar minimaal 45 minuten, maar kan je kijken naar activiteiten zoals zwemmen die de gewrichten minder belasten. Met jachthonden (retriever of teckel) en werkhonden (husky, border collie of herder) ga je elke dag minstens een uur en eigenlijk een paar keer per week 2 uur op pad. Natuurlijk kan je bij die laatste groepen ook denken aan speciale training: agility, schapen drijven, jachttraining of dog trailing.

Voor alle honden geldt: Naast fysieke beweging is het minstens zo belangrijk ook de hersenen van de hond aan het werk te zetten. Het belangrijkste wat je een hond daarna moet geven is rust! Je leest hier meer over in de Huisdierenschool blog ́Hoeveel slaap heeft een hond nodig – Tips en advies ́.

Belang van beweging bij hond

Teveel of te weinig wandelen

Naast de lichamelijke voordelen van beweging (spieren, pezen, gewrichten, hart) bij een hond, heeft beweging ook impact op gedrag en de hersenen. Als honden bewegen worden de neuronen in de hersenen gevoed, wat bijdraagt aan goede communicatie binnen de hersenen en daardoor aan een goede prikkelverwerking. 

Te weinig lichaamsbeweging kan leiden tot overgewicht, maar ook hoe druk je hond is of hoe blafferig. Toch benadrukken we ook hier dat spelletjes doen en mentale uitdaging even belangrijk is als genoeg beweging bij gedragsproblematiek.

Een hond moet na het bewegen of rennen gemakkelijk op kunnen staan. Als jouw hond stijf of mank is, dan moet je hem of haar misschien in de gaten houden en ben je te ver of te snel gegaan. Stijfheid kan duiden op spierpijn, dan zou de stijfheid na een dag of wat rustig aan doen moeten verdwijnen. Als de hond stijf blijft, kan dit te maken hebben met gewrichtsproblemen. Het is aan te raden dit na te laten kijken door de dierenarts. Te veel beweging en daardoor te weinig rust, kan ook zorgen voor een overprikkeld hondje!

9 Bewegingstips met je hond

1. Wandelen met je hond

Bij dit eerste puntje denk je misschien, DUH! Echter is leuk en ontspannen wandelen met je hond vaak een hele uitdaging. Soms gaat een hond plots liggen tijdens het wandelen. Wij hebben een blog geschreven met acht tips over hoe je ontspannen kunt wandelen met je hond.

2. Sporten met je hond

Afhankelijk van vele factoren, kan je vanaf ongeveer 10 maanden langzaam gaan sporten met je hond. Bij elke sport geldt, dat je het langzaam moet opbouwen. Zo kan de hond ook zijn spieren en pezen trainen, en natuurlijk conditie opbouwen. Jouw eigen sportbehoeftes combineren met die van je hond is natuurlijk helemaal leuk. Wil jij uitgebreid leren over sporten met je hond, volgt dan de Huisdieren cursus ‘Sporten met je hond’ van Honden- én sporttrainers Margot en Jasper. Je leert hier over je billen, benen en bovenlijf trainen in combinatie met je hond. Of bijvoorbeeld je buikspier training met gehoorzaamheidstraining combineren. Klinkt als een win-win toch? En we moeten het toch nog even noemen, noem ons overbezorgd, maar ga nooit sporten met warm weer. 

3. Skeeleren of skaten met je hond

Veiligheid gaat voorop; draag zelf beschermende uitrusting, vindt een geschikte locatie en begin pas met trainen als jouw hond volgroeid is. Je kan dan basiscommando’s als ‘stop’, ‘rustig’, ‘links’ en ‘rechts’ leren. Laat de hond ook wennen aan het geluid en de bewegingen van de skates of het board. Ook hier bouw je het langzaam op en dan kan je zelfs denken aan leuke trek- en sleepoefeningen. Gebruik hier wel een speciaal harnas voor.

4. Fietsen met je hond

Laat de hond rustig aan de fiets wennen, train hem op deze activiteit en laat de hond ook weer rustig conditie opbouwen. Aangezien de hond op een harde ondergrond loopt, is het vaak fijner voor een hond om te draven dan te rennen. Wij adviseren een springer te gebruiken, een stang die je aan het achterwiel bevestigt. Op die manier kan je beide handen aan het stuur houden. Ook een goed tuig (liefs reflecterend), water, een snelheidsmeter, mobiele telefoon en EHBO-kit zijn aanraders om mee te nemen tijdens de rit.

Veel mensen gaan fietsen met hun hond om van hun overtollige energie af te komen. Bedenk echter wel dat dit juist tegenovergesteld effect kan hebben. Je hond ontwikkelt meer conditie, waardoor hij meer nodig heeft om moe te worden. Daarnaast heeft een hond tijdens het wandelen, ook tijd om de omgeving in zich op te nemen en rustig te snuffelen en tijdens het fietsen is die tijd er vaak niet. Voor sommige honden is dit erg ongewenst.

5. Dogdance

Een uitgebreide manier van trainen, waarbij je je hond allemaal verschillende oefeningen oftewel danspasjes aanleert. Bijvoorbeeld een rondje draaien om zijn eigen as. Deze oefeningen kan je na een tijdje achter elkaar zetten, muziek erbij en je hebt een tof dansje waar je de show mee kan stelen bij familie en vrienden.

6. Naar het hondenpark

Naar het hondenpark is voor sommige honden een paradijs: een variëteit aan andere honden, mensen, planten, geuren en geluiden. Kijk of dit bij jouw hond past, ga langzaam wennen en kijk naar speciale hondenparken die bijvoorbeeld omheind zijn.

7. Mentale stimulatie: Snuffelen en hersenwerk

De mentale stimulatie moet ook niet vergeten worden. Geur speelt bijvoorbeeld ook een grote rol in het leven van de hond, aangezien hun olfactorische bulbus groter is dan bij mensen. Dit is het gebied wat geurinformatie verwerkt. Je kunt snuffelmomenten voor je hond tijdens het wandelen inbouwen. Laat de hond bijvoorbeeld brokjes zoeken in het hoge gras. Ook hersenwerk is een vorm van mentale beweging, waarmee je je dagelijkse bewegingsbehoefte van je hond een deeltje kan invullen. 

8. Snuffeltuin

Heb jij hier weleens van gehoord? Een snuffeltuin geeft jouw hond de kans om met zijn neus vrij, op eigen tempo, de omgeving te verkennen. Deze snuffeltuinen zijn vaak een groot omheind gebied met bomen, vijvers, gras, houtstronken, autobanden etc. Je hond kan met zijn neus vrij de omgeving verkennen. Er zijn veel openbare snuffeltuinen (soms met een vrijwillige bijdrage) of je kan zelf een eigen snuffeltuin maken.

9. Spelen met je hond

Apporteren is een grote klassieker! Een bal, frisbee, speeltje of stok gooien, zo ver mogelijk weg, betekent veel beweging voor jouw hond. Let natuurlijk wel op dat je dit niet in de buurt van een openbare weg of zelfs een niet-omheind gebied doet. Let ook op dat je hond een beetje opwarming krijgt, geen pijn krijgt van het constant springen, niet in een stress-stand gaat of de pijn negeert uit enthousiasme. En we klinken nu toch al als een overbezorgd hondenbaasje, maar pas bij takken op dat de tak niet tussen de kiezen blijft zitten of het gehemelte kapot maakt. Je kan om al het bovenstaande te voorkomen, bijvoorbeeld de bal of tak verstoppen en de hond hem laten zoeken.

Touwtrekken, verstoppertje of behendigheidstraining: door te spelen versterk je ook nog de band met je hond. Weet jij waar jouw hond behoefte aan heeft? Hoe je het spelen leuk houdt? En hoe voorkom je dat je hond overprikkeld raakt? In de cursus ´Socialiseren door spel´ legt hondentrainer Jordy hier meer over uit. Door voorbeeldvideo´s met zijn eigen jonge honden en duidelijke uitleg. In de training leer je overigens ook hoe jouw hond kan spelen met andere honden en hoe je dit op een verantwoorde manier kan begeleiden.

10. Zwemmen met je hond

Er zijn honden die er niks aan vinden of er juist van genieten; zwemmen. Zwemmen is een activiteit die de gewrichten niet belast, maar wel goed is voor het hart, de spieren en de conditie. Vele honden worden er super blij van! Je kan een hond helpen om zwemmen wat leuker te maken of te stimuleren door bijvoorbeeld een drijvend voorwerp in het water te gooien en de hond hem te laten terugbrengen. 

11. Suppen met je hond

Ook als je hond geen fan is van water, kan je toch nog plezier beleven op het water. Je kan namelijk gaan suppen met je hond. Dit vergt wat aandacht en geduld, maar samen met de stappen vanuit de cursus ´Suppen met je hond´ ga je met plezier het water op.

Nou dit zijn voldoende tips om lekker aan de slag te gaan met je hond, toch? We wensen jullie veel plezier!